Dan kom ik, dames en heren, bij de voorlopig laatste claim en dat gaat over de geld en goudvoorraad van de javaasche bank.
Als u heel even terugdenkt aan het 'Rapport Indische Tegoeden' uit 2003, wat opgesteld was naar aanleiding van de vraag, "zijn er sporen te vinden waaruit blijkt dat individuele rechthebbenden een claim kunnen indienen", dan kunt u zich herinneren dat over de Javaasche Bank werd gesteld dat de goudvoorraad net op tijd in Australië en Zuid-afrika is ondergebracht.
Technisch klopt dat, maar het was slechts eenderde van de totale voorraad, want in hetzelfde archief waar de onderzoekers hebben gewerkt, zat ik 10 jaar later en dit is wat ik uit de archieven van de Federal Reserve naar boven trok.
Kijk vooral naar de goudvoorraad van de Javaasche Bank. Dit is tweederde van de goudvoorraad: 135 miljoen dollar.
U ziet een compleet overzicht van 13 juni 1942, de zogeheten 'Foreign Gold Holdings' bij de FED. Heel veel landen hebben hun goud daar geparkeerd, natuurlijk vanuit veiligheidsoverwegingen.
Dit is goud wat buiten de boeken is gehouden en wat ook niet wat in het officiele rapport voorkomt.
Het was niet alleen niet alleen goud, het was ook 60.2 miljoen dollar wat overgeheveld is naar de kluizen onder 50th Avenue in New York. En dat ging steeds per coupure, steeds werden er schepen volgeladen met goud. Er zijn vliegtuigen heen en weer gegaan.
Bij ieder zending hoorde een blik met microfims. U leest het hier: 'containing eastman kodak safety film', met alle bankmutaties. De complete bank-administratie van de Javaasche Bank is overgeheveld en lag daar in New York.
Er is dus geen sprake van dat er een groot zwart gat is. Ik heb nooit in die theorie geloofd dat een oorlog een zwart gat veroorzaakt.
Van wie was dit goud? In de woorden van Alexander Loudon, speciaal gezant bij de nederlandse ambasade in washington, was dit goud van nederland. Want:
Nederlands-Indië was immers een kolonie van het Koninkrijk der Nederlanden. De bedoeling was dat dat goud na de oorlog beschikbaar zou worden voor nederland, heel expliciet, de opbouw van het land. En de Federal Reserve informeerde op een gegeven moment van 'hebben jullie alles op orde, weten jullie precies welk goud waar ligt'.
En hier blijkt uit deze correspondentie dat het overgrote gedeelte van de goudstaven in New York lag, met nog een en ander geparkeerd in Ottawa, waar de Koninklijke familie resideerde, Londen en in Zuid-Afrika. En dit is iets wat nooit nooit naar buiten is gekomen.
Maar wat gebeurt er 7 maanden nadat ik dit publiceer in boekvorm: 122,5 ton goud; hee is dat niet toevallig: 135 miljoen dollar is rond de 122 /123 ton goud.
In november 2014 wordt deze enorme hoeveelheid goudstaven overgebracht vanuit de kluizen in New York naar de kluizen op het Frederiksplein van de Nederlandse Bank in Amsterdam.
Waarvan de bank stelt dat het een handelsoverschot is en waarvan ik, op basis van bewijsmateriaal stel dat het het Indische goud is wat nooit bekend is geworden.
Dat goud is op zich gekoppeld natuurlijk aan banksaldi, aan spaarsaldi, aan verzekeringspremies. En dat voorzag de Federal Reserve.
En daarom heeft ze in juli 1945 een rapport opgesteld 'Netherlands Indies Money en Banking' en daar staat precies in welke banken er waren in de oude kolonie. Een groot aantal verzekeraars, die ongelooflijk veel polissen verkocht hebben. Polissen waarvan wij op de dag van vandaag denken 'o werkelijk', voor het laten studeren van je kinderen, voor speciale opstal, alles is geregistreerd, alles staat ook op microfilm.
Een van de grootste spelers: de NILMIJ, de grootste in Nederlands-Indië en in nederland, waarvan de rechstopvolger EAGON is. Nogmaals: dit zal allemaal tot op detail uitgekoppeld moeten worden.